Verslag debat: Toekomst van het wonen
Debat 15 september 2016 Minitopia
Flexibele woonconcepten inzetten om in te spelen op veranderingen woonvraag.
Op 15 september organiseerde Rezone op het terrein van Minitopia een debat met als hoofdvraag; Kunnen flexibele woonconcepten ingezet worden om beter in te kunnen spelen op de steeds veranderende woonvraag?Tijdens de tropisch warme middag werd er volop gespeculeerd over de toekomst van de woningmarkt en de rol van andere woonvormen. Moderator van de dag en trendwatcher Rindert de Groot van Studio Zeitgeist trapte af met een blik in de toekomst van de ‘Vloeibare samenleving’. Volgens hem zal de toekomst worden gekenmerkt door een vloeibare samenleving waarbij verbindingen makkelijker tot stand komen maar ook makkelijker worden verbroken. Alles gaat sneller. “Producenten zullen anders naar producten kijken. Een schoenmaker bijvoorbeeld zal niet meer uitgaan van het maken van een schoen, maar uitgaan van het maken van een hulpmiddel dat ervoor zorgt dat je in alle comfort kan lopen. Het gaat dus niet om een tastbaar eindproduct maar om wat je wilt bereiken Als ik dat op de woningmarkt toepas dan is de vraag, wat is het doel van woningen? Er moet voldoende ruimte gefaciliteerd worden en een plek gecreëerd waar je gelukkig kan zijn. Hoe die plek eruit ziet en welke eigenschappen deze plek heeft verandert per periode in je leven.”
Blik in de toekomst
De traditionele verhoudingen zoals wij deze kennen, gaan volgens Rindert langzaam verdwijnen. “Werken wordt steeds minder traditioneel met de flexibele werkplekken”, constateert hij. “Per project worden handige mensen bij elkaar gezet in een groep. In de woningmarkt zouden ook groepen bij elkaar gebracht kunnen worden met dezelfde woonwensen of juist met verschillende krachten zodat bewoners gebruik kunnen maken van elkaars kwaliteiten.” Daarnaast gaan ontvangers, woonconsumenten, in de toekomst veel meer participeren volgens de trendwatcher. De consument verandert in een procument, iemand die naast een consument zelf ook iets produceert. En de woning wordt multifunctioneel. Een woning is niet alleen meer een huis, maar ook vaak een werkplek, of een airBNB. Concepten raken vermengd. Een mooie ontwikkeling vindt de Groot de openheid van innovaties. “Iedereen heeft toegang tot de nieuwe ontwikkelingen”, vertelt Rindert. “Op internet kan er doorontwikkeld worden aan een innovatie. Dat is bijvoorbeeld het geval met Open Sourcebouw of 3D printing.”
Sluit flexibel bouwen aan bij de nieuwe woonmarkt?
Na deze toekomst voorspellende inleiding, was het de beurt aan de eerste spreker van het debat Marco Beatsen, Blogger en Vastgoedadviseur bij C3 Architecten. Binnenkort wordt er een C3 unit op het terrein van Minitopia geplaatst. “Onze C3 Unit is een zeecontainer die we hebben ingericht als woonruimte” begint Beatsen zijn verhaal. “In totaal is het woonoppervlak 28 m2. Wij onderzoeken door middel van onze C3 Unit of flexibel bouwen een interessante manier is om op de huidige woningmarkt in te spelen. Is het bouwen voor 30-40 jaar nog wel rendabel? Moeten we niet meer gaan kijken naar de individuele woonvraag? Om antwoord te krijgen heb je ruimte nodig om te experimenteren. Hier bij Minitopia is er ruimte voor experiment en daar maken we dan ook graag gebruik van. Op de vraag of C3 architecten twee hectare zou kunnen invullen met de C3 Unit antwoord Marco Beatsen: “Wij willen geen 100 f 200 units in één keer plaatsen. Ten eerste zijn we nog maar net onderweg en ten tweede hebben Vinex locaties laten zien dat het niet goed werkt om een wijk uit de grond te stampen. De unit is nu bijvoorbeeld in te zetten ten behoeve van zorg. In België zijn ze daar al veel verder mee. Daar mag je een Unit tijdelijk in je eigen tuin plaatsen. In Nederland is dat moeilijker.”
Een persoonlijk avontuur
Geen hele wijk met andere woonvormen uit de grond stampen dus als het aan Marco Beatsen ligt. Marjolein in ’t Klein is bewoner van een tiny house in Alkmaar en heeft net een projectplan ingediend voor vijf extra huisjes voor vijf jaar. Een Tiny wijkje waar een nieuwe woonvorm door toekomstige bewoners zelf kan worden ervaren. In de winter, een jaar gelden, besloot Marjolein dat ze in een Tiny House wilde wonen. Ze was zoekende en wilde een klein huisje met een lapje grond om te tuinieren. “Ik kon geen hypotheek krijgen voor een huis met grond en ik wilde niet meer in een traditionele woning leven met een schutting om de tuin. Op internet kwam ik tijdens mijn zoektocht de Tiny House beweging in Amerika tegen. Deze filosofie sprak me enorm aan. Ik wilde een huis dat past bij mijn leven en ik wilde niet het meeste geld dat ik verdien maandelijks aan mijn huis betalen. Daarnaast had ik de wens om beter voor de aarde te zorgen. Een klein huis heeft maar weinig energie nodig.” Ze ging op zoek naar een Tiny House, maar er was nog helemaal niets op dat gebied in Nederland. Ze besloot zelf te beginnen en startte een blog. “Ik kreeg heel veel reacties van mensen die ook de stap wilde zetten naar een andere woonvorm. Van daaruit heb ik de Tiny House Movement Nederland opgericht. Inmiddels woon ik in een Tiny House in Alkmaar. Mijn huisje voldoet niet aan het bouwbesluit. Het is te klein en er is geen afgesloten slaapkamer. Toch wil de gemeente Alkmaar inspelen op de nieuwe woonvraag en denkt graag mee.” Inmiddels zijn er al 250 aanmeldingen voor het project van de vijf Tiny huisjes. De groep die in een andere woonvorm wil wonen is volgens Marjolein heel divers. “Ik heb een enquête gehouden onder mijn 12.500 volgers en daaruit blijkt dat er een grote groep is van 40- en 50- plussers. Opvallend is dat er weinig jongeren geïnteresseerd zijn. De meesten van mijn volgers die geïnteresseerd zijn in andere woonvormen zijn hoger opgeleid.” Marjolein woont sinds mei in haar Tiny house en het bevalt haar nog beter dan verwacht. “Het is een fantastisch avontuur.”
De gevaren van een flexibele maatschappij
De laatste spreker voor de pauze laat tijdens een verhit betoog de temperatuur een beetje stijgen als hij de flexibele maatschappij en flexibele woonvormen bekritiseerd. Abel Heijkamp, documentairemaker van de ongeveer twee uur durende film Alles flex?, begon twee jaar geleden aan zijn documentaire. Aanleiding was het plan van Minister Blok om naast de flexibilisering van de arbeidsmarkt nu ook de woningmarkt flexibiliseren. Abel stelde zichzelf de vraag, wat gebeurt er als je de woningmarkt flexibiliseert? “Ik ben in de dertig en zie om me heen dat mijn leeftijdsgenoten het heel moeilijk hebben om een betaalbare woning te vinden”, aldus Abel. “Sinds juli dit jaar zijn tijdelijke huurcontracten voor twee jaar geaccepteerd waardoor er voor huurders na een korte periode van vastigheid weer een onzekere situatie ontstaat. Er is onderzoek gedaan naar wat mensen met een flexibele baan verdienen ten opzichte van iemand in vaste loondienst. Mensen met een flexibele baan verdienen 35% minder.” Bovenstaande gegevens maakt volgens Abel dat de jongeren van nu met heel veel onzekerheid opgroeien. Door de krapte op de woningmarkt en de enorm hoge huurprijzen in de particuliere markt verliezen jongeren volgens hem bestaanszekerheid. “Ik maak me ernstig zorgen over de flexibilisering van de samenleving”, aldus Abel. “Wie beslist er uiteindelijk over de mensen die flexibel wonen? We komen een nieuwe onderkant tegen in de samenleving. De rijken kopen zich in in de stad, degene met minder financiële middelen komen aan de rand terecht. Als we niet goed nadenken over de voorwaarden van flexibel wonen dan creëren we toekomstige sloppenwijken.”
Reacties publiek
Abel roept veel reacties op bij het publiek. “Kunnen we niet kijken naar de krimp van dorpen en het platteland aan de ene kant en de krapte op de woningmarkt aan de andere kant? Waarom zijn mensen niet meer bereid om op het platteland te wonen? Ze willen in de buurt van hun werk en voorzieningen wonen. Werken en wonen is wat dat betreft nog steeds aan elkaar verbonden. Zo flexibel is werken dus nog niet geworden.”
Een andere reactie: “Waarom ben je wel bereid om vierkante meters in te leveren maar ben je niet bereid het platteland te omarmen?” Marjolein in ’t Klein antwoord dat zij niet alleen vlakbij haar werk wil wonen, maar ik ook bij vrienden en familie.
Maar, vraagt iemand uit het publiek zich af, is de tijdelijkheid die rondom Tiny Houses is ontstaan een bewuste keuze of is die tijdelijkheid ontstaan door regelgeving en is het opgelegd? Als Marco Baetsen gevraagd wordt hierop te reageren geeft hij toe dat door de huidige regelgeving het makkelijk is om voor tijdelijkheid te kiezen. Marjolien in ’t Klein bevestigd dat ook zij liever voor onbepaalde tijd in haar Tiny House zou willen wonen. Hierop komt Abel Heijkamp nog een keer terug op de tijdelijke huurcontracten die afgegeven worden. “Hierdoor vervalt de huurbescherming en ontstaan er flexnomaden die slachtoffer zijn van de flexibilisering”, aldus Abel. “Als je de keuze niet hebt dan wordt flexibel wonen heel vervelend. Een huis moet veiligheid bieden, dat verliezen we als we zo doorgaan.”
Bas Sievers, Directeur Vastgoed en Ontwikkeling bij Wonen Limburg ziet de toekomst van andere woonvormen rooskleuriger in. Het is volgens hem een kwestie van tijd. “Een aanpassing van de wet is de historie van morgen”. We moeten in kansen denken. Als de Tiny House Movement groot genoeg is, zal de regelgeving vanzelf veranderen.”
Hiermee sluit Rindert het eerste gedeelte van het debat af en nodigt iedereen uit om in de schaduw van de jonge bomen op het terrein een verkoelend drankje te nuttigen. Ook nodigt hij mensen uit om een wandeling te maken in de groene oase van Minitopia.
Pauze
Tweede deel debat 15 september Minitopia
Het tweede deel van het debat wordt afgetrapt met een interview met Mohamed Acharki, bestuurder van woningcorporatie Zayaz. Mohamed begint met een persoonlijke kijk op de woningmarkt vanaf de jaren ’80 toen hij vanuit Marokko naar Nederland emigreerde. “Toen ik net in Nederland aankwam in de jaren ’80 gingen de huizen als broodjes over de toonbank. Enerzijds door de welvaart, anderzijds door de gunstige hypotheekrenteaftrek. Maar de zorgstaat brokkelt af en wat gebeurt er dan met de bestaanszekerheid? Daar moeten wij de komende tijd op inspelen. Wij kunnen veel meer doen in deze participatiemaatschappij en onze taak zal ook steeds meer servicegericht gaan worden. Wat we hebben staan aan woningen moeten we gebruiken, daarnaast moeten we kijken naar de nieuwe vraag betaalbaar wonen is een prioriteit. Hoe minder huur wij vragen, hoe beter dat is voor onze bewoners. De nieuwe woonvormen zijn nu allemaal nog tijdelijk van aard maar ik ben ervan overtuigd dat dat er over tien jaar heel anders zal zijn. Kleiner en flexibeler bouwen zal in de toekomst meer gaan plaatsvinden. Het begint allemaal et een andere manier van kijken en dit soort initiatieven helpen ons daarbij. Toch bedenken wij niet zelf wat goed is voor de ander, wij kijken naar de vraag die komt. Bij nieuwbouwplannen hebben we nog te weinig overleg gehad met bewoners. Daar liggen nog een hoop kansen.
Het gaat natuurlijk ook om een verdienmodel. We hebben nu ongeveer 14.000 woningen in ons bestand. Die woningen zetten wij neer voor ongeveer 140 tot 160.000 euro. We verhuren ze voor ongeveer 500 euro. Daar maken we dus geen winst op. Het gaat erom dat we passende woningen maken. As de wetgever ons de ruimte geeft, dan maak ik daar geen misbruik van. Ik zal steeds proberen om antwoord te geven op de vraag die in de toekomst gesteld gaat worden waarbij ik onze huurder als uitgangspunt neem.”
Flexibilisering in de praktijk
Ook aangesloten bij een woningcorporatie is Bas Sievers, Directeur Vastgoed en Ontwikkeling bij Wonen Limburg. Zij hebben al ervaring met andere woonvormen. Een tijd terug heeft Wonen Limburg dertig Heijmans One’s toegepast. Een ideale oplossing volgens Bas om tijdelijk in te spelen op een veranderende vraag in de woonmarkt. “Ik zit in een krimpende markt in Limburg. Er is minder behoefte aan voordeuren. Er bleek wel een grote groep migranten in Limburg in vreselijke omstandigheden te wonen. We wilden daar een oplossing voor vinden. Hoe kun je woningen neerzetten voor mensen die gisteren een woning nodig hadden en morgen waarschijnlijk weer weg zijn? En dan ook nog zonder de woningmarkt te verstoren. Ik ben op zoek gegaan en kwam bij een bedrijf terecht dat zichzelf de tentenbouwers noemt. Zij zijn in staat om in twee weken voor grote groepen mensen woningen te bouwen. Deze woningen zijn verplaatsbaar en kunnen ook binnen twee weken weer afgebroken worden. De Heijmans One is precies wat ik nodig had. De wet helpt ons juist mee doordat er nu tijdelijke huurcontracten zijn toegestaan. “
Tijdelijke andere woonvormen zijn dus volgens Bas inzetbaar in de huidige woonmarkt. Maar welke vormen zijn er? En wat zijn de kosten die het met zich meebrengt?
Sneller en goedkoper bouwen
Pieter Stoutjesdijk van Newmakers Delft heeft in zijn start-up van de Comfort Cabin architectuur en techniek gecombineerd om tot nieuwe doorbraken te komen. In zijn bedrijf wordt nu ook de productie toegepast. “Deze nieuwe manier van bouwen is veel sneller en goedkoper. Door een enorm frase-apparaat van 5 meter lang kunnen we heel nauwkeurig in korte tijd prefab bouwen. Veel mensen hebben een tijdelijke woonoplossing nodig en aan de andere kant staan er miljoenen bedrijfspanden leeg. Dat heeft ons op het idee gebracht van de Comfort Cabin. Het is een cabine met keuken en badkamer dat is leegstanden panden geplaatst kan worden. Het is een soort Ikeameubel dat aan te sluiten is aan de bestaande infrastructuur. De Ikeaboekenkast is ook met een frase machine gemaakt. Wij vertalen deze manier van produceren naar de bouwindustrie. Over tien jaar kunnen we dezelfde huizen bouwen voor veel minder geld. Ikea doet dat overigens al. Zij bouwen in Zweden en Engeland huizen met dezelfde schroefjes als hun meubels. Voor 40.000 euro heb je dan al een huis.”
Reactie Abel: Maar een huis is geen luchtkasteel en staat op een grond. Ik ben heel blij met goedkope innovaties maar als de grondprijs enorm duur blijft, heeft dat geen zin.
Reactie Bas Sievers: We moeten ook niet vergeten dat 60% van de Nederlandse bevolking huidige kopers zijn. Zij hebben geen baat bij een enorme daling in de huizenmarkt
Reactie publiek: Zal een flexibele woning ooit een monument worden? Het zou best een cultstatus kunnen krijgen en over 50 jaar onder een monument vallen. Maar waar het om gaat is kwaliteit en stedelijkheid. Hoe bescherm je deze begrippen? Ik denk dat er een belangrijke taak is weggelegd voor de Stedenbouwkundigen en de overheid om zich over deze vraag te buigen.
Mohamed Acharki: we moeten niet vergeten dat uiteindelijk alles tijdelijk is, zeker als het gaat over wonen. Maar alles op deze aarde is tijdelijk.